Veelgebruikte begrippen
Faunavoorziening
Een maatregel binnen de infrastructuur die het dieren gemakkelijk maakt om een weg, waterweg of spoorweg veilig over te steken. Voorbeelden hiervan zijn een ecoduct, een faunatunnel of een boombrug. Zie ook de pagina over faunavoorzieningen.
Hop-over
Hoge bomen aan weerszijden – en soms ook in de middenberm – van een weg, spoorweg of waterweg waardoor vliegende dieren makkelijkerer kunnen oversteken. Zie ook de pagina over faunavoorzieningen.
Lokale populatie
Een bepaalde soort dieren – of planten – die in een bepaald gebied leven en zich onderling voortplanten.
MJPO
De gangbare afkorting voor het Meerjarenprogramma Ontsnippering.
Natuurnetwerk Nederland (NNN)
Een landelijk netwerk van bestaande en nog te ontwikkelen natuurgebieden en de verbindingen tussen de natuurgebieden. De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) valt (deels) binnen dit netwerk. Het MJPO leverde de afgelopen jaren een belangrijke bijdrage aan het NNN door het oplossen van 176 knelpunten in het natuurnetwerk, ontstaan door de aanleg van Rijksinfrastructuur.
Netwerk- of metapopulatie
Door faunapassages met elkaar verbonden deelgebieden vormen samen een netwerk. Dieren van een bepaalde soort binnen dit netwerk vormen samen de netwerk- of metapopulatie.
Ontsnippering
Door de aanleg van wegen, vaarwegen en spoorwegen zijn de natuurgebieden in Nederland in de afgelopen decennia als het ware versnipperd geraakt. Het opnieuw verbinden van deze natuurgebieden door oversteekplaatsen voor dieren te realiseren, wordt daarom ‘ontsnippering’ genoemd.
Het ontsnipperen gebeurt door de aanleg van onder andere ecoducten, ecoduikers, faunatunnels en makkelijk uittreedbare oevers rondom bestaande Rijksinfrastructuur.
Raster
Een voorziening langs een (spoor)weg die dieren in de richting van een faunavoorziening leidt en ervoor zorgt dat zij niet zomaar een weg oversteken.